W.O.: De Middeleeuwen

Hilde Vorsselmans - VBS Merksplas

Weet je dit nog over de Middeleeuwen? Let op voor schrijffouten!
1. Tijd van burchten en steden
Door de invallen viel het Romeinse rijk rond uiteen. Dit was het begin van de Middeleeuwen. In de volgende eeuwen nam de nog toe, vooral door de plunderingen van de . De wegen en de steden geraakten in verval. Om zich te beschermen tegen die plunderaars, bouwde de plaatselijke bevolking . Ook de abdijen werden versterkt. In het leven van de middeleeuwer speelden de christelijke en de Kerk een belangrijke rol. Rond het jaar keerde de rust terug. Aan oversteekplaatsen van rivieren en aan kruispunten bouwden ambachtslui en handelaars .

2. Gent en Brugge waren internationale steden
Gent was tijdens de Middeleeuwen een grote stad in Europa. De stad lag aan de samenvloeiing van de en de Leie en aan een belangrijke naar de kust. De graaf van had er een burcht en in de stad lagen grote abdijen. Brugge was een van Gent. Langs de zeearm van het Zwin was Brugge verbonden met de . Handelaars uit alle delen van Europa kwamen naar Brugge, dat het Venetië van het Noorden genoemd werd.

3. Boeren leefden rond abdijen en burchten
Het grootste deel van de bevolking woonde op het . Hier speelde het leven zich af rond de burchten en abdijen. Boeren moesten in ruil voor voor de adel en de geestelijken werken. Zware maakten het leven van de gewone landbouwers bijzonder . Het platteland zorgde voor de bevoorrading van de . Geregeld waren er misoogsten. Die werden dikwijls veroorzaakt door het slechte weer of door jarenlange . Hongersnoden en besmettelijke maakten veel slachtoffers.

4. Handelaars en ambachtslui
De overgrote meerderheid van de stedelingen vond werk in de . Handelaars kochten op verre markten als grondstof voor laken, en vlas als grondstof voor linnen. De handelaars waren verenigd in . Ambachtslui toverden de grondstoffen om tot veel gevraagde luxegoederren. Iedere ambachtsman had zijn specialiteit: spinnen, weven, vollen, verven, scheren. De meeste ambachtslui waren loonarbeiders en werkten . Ze waren georganiseerd in . Handelaars verkochten de afgewerkte producten over heel Europa.